Eerste team lijdt nipte nederlaag tegen Hijken

Zaterdag 13 december

Zaterdag 13 december stond de zevende wedstrijd in de bondscompetitie op de rol. Het eerste team nam het op tegen regerend landskampioen Hijken DTC.  Het leek op voorhand dan ook een loodzware middag te worden, want het team van Hijken kent simpelweg geen zwakke plekken. De opstelling was echter zeer gunstig, want waar Witte van Moort compleet aantrad, kende de opstelling van Hijken een tweetal zwakke invallers. Er leek dus kans te zijn op een stunt.
Marino Barkel nam het op tegen Auke Scholma. Na de Tsjegolev-opening stond het bord in lichterlaaie. Scholma toonde aan een uitstekende neus voor tactische wendingen te hebben, want Barkel werd na een onvermijdbaar damslagje opgezadeld met direct verlies (0-2). Bert Aalberts had tegen Jacob Okken een gortdroge positiepartij. Beide spelers wachtten hun kansen af, maar toen er na veertig zetten nog geen tekening in de strijd was gekomen kwamen de spelers remise overeen (1-3).
Gil Salomé trad aan tegen de jonge topspeler Wouter Sipma. Salomé meende zich kansen te kunnen scheppen met een Partie Bonnard. In feite sneed hij zich in de vingers en Sipma won dan ook een schijf en de partij (1-5). De achterstand werd nog groter toen Herman Hilberink zijn meerdere moest erkennen in Martin Dolfing. Hilberink speelde een kromme opening, maar stond wel ver naar voren. Het leek lange tijd dan ook goed te gaan, maar toen Hilberink een zwakke zet deed kon de Groningse grootmeester naar een gewonnen eindspel afwikkelen (1-7). Vadim Virny deed vervolgens wat terug. Na een erg spannende partij met constant voordeel voor Virny was de stand toch flink uitgedund. Tegenstander Jan Ekke de Vries ging echter onder tijdsdruk in de fout, waarna Virny een gewonnen eindspel restte (3-7).
De achterstand werd nog verder teruggebracht. Odin Mol speelde tegen de zwakste broeder aan Hijker kant, Rob Knevel. Hoewel Knevel de schijven aardig rap van het bord wist te ruilen, kreeg Mol belangrijk centrumvoordeel. Dit voordeel werd vakkundig omgezet in een dik gewonnen eindspel (5-7). Tomasz Miksa had het ondertussen zwaar gekregen tegen Hans Jansen. Miksa kreeg in de opening het centrum en Jansen nam de rol van omsingelaar op zich. Hoewel Miksa optisch beter leek te staan kwam Jansen er zoals zo vaak toch weer beter uit en had in een 4 om 4 belangrijk voordeel. Zo’n stand is echter wel heel erg dun en Miksa haalde nog vrij eenvoudig een punt (6-8). Met de nog altijd aanwezige achterstand werd het tijd voor de gelijkmaker. Casper Remeijer leek hiervoor de ideale kandidaat, want hij trof invaller Wim Koopman. Remeijer kreeg vanuit de opening de betere positie, maar Koopman had wel erg veel tempi. Toen Remeijer in het late middenspel zijn voordeel niet wist uit te bouwen kon Koopman een gelijkwaardige remise laten aantekenen (7-9).   De koek leek nu wel op. Gerbrand Hessing had het namelijk zwaar tegen de Litouwse grootmeester Aleksej Domchev. Hessing speelde een wat kromme opening, maar kwam in het middenspel toch aardig terug en leek optisch zelfs wat makkelijker te staan. Na een foute voortzetting van Hessing kon Domchev optimaal gebruik maken van de tactische mogelijkheden die de scheve Westerhaarse stelling bood (7-11). De beslissing was gevallen. Als laatste was Yuen Wong nog bezig tegen de oud-wereldkampioen bij de junioren, Wiebe van der Wijk. Wong kreeg zoals zo vaak dit seizoen voordeel na een sterke partij. Van der Wijk moest een zeer nadelig eindspel invluchten, maar wist naar de Anti-Scouppe af te wikkelen. Dit eindspel staat te boek als remise, maar er zijn nog wel wat boobytraps mogelijk. Wong speelde dus nog maar even door. Toen Van der Wijk dan ook de niet meer verwachte fout maakte, kon Wong met een dubbele vangstelling de Westerhaarse nederlaag wat dragelijker maken (9-11)

Aanwinst Yuen Wong wist met een fraaie eindspelfinesse
zijn partij in een overwinning om te zetten.