Op zaterdag 29 september ontving het tweede team Heerenveen. Na Enschede was dit opnieuw een grote uitdaging. Gelukkig was het team na het inpassen van invallers Bennie Hessing en Irene Stegeman compleet. Het beloofde een spannende wedstrijd te worden. Het begon niet goed. Bennie Hessing speelde een redelijke partij tegen Rinus Veenstra, maar Veenstra draaide de duimschroeven stevig aan toen Hessing naar de kant ging. Er was geen houden meer aan en Bennie moest opgeven (0-2). De andere invaller, Irene Stegeman, speelde in hoog tempo tegen Oscar Veltman. Ze leek onder grote druk te staan, maar dit viel allemaal mee en ze slaagde dan ook met verve in de remiseopdracht (1-3).
Een grote tegenvaller was het verlies van Johan van Dijk tegen Anne Dekker. De heren speelden een gelijkwaardige partij, maar Van Dijk trapte in een babyzetje en moest gedesillusioneerd opgeven (1-5). Alex Noppers speelde tegen Marten Zijlstra. In een vrij vlakke partij kreeg Noppers op het eind licht voordeel, maar omdat hij het nogal kwaad met de klok had nam hij het remiseaanbod van Zijlstra toch maar aan (2-6).
Doorslaggevend was de tragische nederlaag van Niek Kloppenburg tegen de zeer ervaren Iepie Poepjes-Koopman. Poepjes speelde een slechte klassieke opening, waar Kloppenburg wel raad mee wist. De Friezin kon schijfverlies nog maar net voorkomen en werd met een slechte 10-om-10-stand geconfronteerd. Alle Heerenveen-spelers vreesden voor haar leven, totdat Kloppenburg een unforced error van zijn vingers liet glippen, en Poepjes naar een winnende dam kon combineren (2-8).
Elena Altsjoel nam bloedig wraak. Wellicht heeft Tjipke Smedinga nooit de leerboekjespartij Altsjoel-Michailovskaja uit 1984 gezien, waarin Altsjoel een schitterende centrumomsingeling op de mat legde. Smedinga ging met zwart op veld 23 staan en kreeg daar zo’n dertig zetten later de rekening van gepresenteerd: zijn centrumstand was volledig aan banden gelegd. Nadat hij geforceerd in een combinatie trapte gaf hij op (4-8).
Elena Altsjoel nam bloedig wraak. Wellicht heeft Tjipke Smedinga nooit de leerboekjespartij Altsjoel-Michailovskaja uit 1984 gezien, waarin Altsjoel een schitterende centrumomsingeling op de mat legde. Smedinga ging met zwart op veld 23 staan en kreeg daar zo’n dertig zetten later de rekening van gepresenteerd: zijn centrumstand was volledig aan banden gelegd. Nadat hij geforceerd in een combinatie trapte gaf hij op (4-8).
Bert Aalberts speelde tegen Gerben de Wit een goede opening. In een vrij technische partij leek Aalberts een goede doorbraak te forceren, maar de doorgebroken schijf werd teruggehaald waarna een 6 om 6 resteerde. De Wit stond heel onooglijk maar hield genoeg tempi over. In de slotstand moest Aalberts nog oppassen, deed dat en de spelers kwamen remise overeen (5-9). Eddie Hilberink speelde een spannende partij tegen Sjoerd Koopman. Hilberink liet zich opsluiten aan de lange vleugel, in ruil voor compensatie op het middenbord. Het centrum van Hilberink leek sterker, maar na de tijdcontrole viel het toch tegen en meer dan remise zat er ook niet in (6-10).
Gerwin Mollink speelde een sterke partij tegen Johnny Modderman. Passief spel van de Fries leverde Mollink een goede aanval op. Toen het tijd werd om te oogsten wist Modderman er toch nog door te glippen naar dam. Mollink probeerde nog wel wat, maar het bleef bij een puntendeling waarmee Heerenveen al had gewonnen (7-11). Leonie de Graag speelde een matige opening tegen Peter Achterstraat, maar wist het over de klassieke boeg te gooien. Haar tempiachterstand was nu erg gunstig, maar na de vijftigste zet kon Achterstraat er rustig voor gaan zitten en vond de remise (8-12).