Eerste team lijdt monsternederlaag

29 november 2015

Na een geweldige dammaand met wereldkampioenschappen in eigen land was het weer tijd voor de nationale competitie. Het eerste team had de zware taak om het op te nemen tegen Hijken DTC. Deze club doet dit jaar weer mee om het kampioenschap en daar is het team ook naar.

Na een spannende beginfase was er opeens tumult bij het bord van Jan van Dijk. Van Dijk was tegen Wouter Sipma in een –overigens lastige stelling- in een zetje gevlogen en moest na enig tegenstribbelen opgeven. Marino Barkel deed het prima tegen de kersverse bronzen Roel Boomstra. Hoewel het klassieke keurslijf waar hij in werd geperst nadelig was voor hem, wist hij het vege lijf te redden in een dun standje. Minder verging het Herman Hilberink, die tegen Jan Ekke de Vries een aanval probeerde tegen te spelen. Uiteindelijk kwam Hilberink op zijn rechterflank niet tot acceptabel tegenspel en verloor vrij kansloos. Gerbrand Hessing had een prima opening en leek de touwtjes in handen te hebben toen hij een enorme bok schoot. Tegenstander Domchev wist er wel raad mee en zette de 7-1 op het scorebord.  Ook een tegenvaller voor Yuen Wong, die na principieel spel de draad kwijtraakte en zijn meerdere moest erkennen in het jonge talent Wouter Wolff.

De wedstrijd werd in partij zes al beslist. Tomasz Miksa had vanuit de opening te kampen met een zwakke lange vleugel. Hij wist de stand gelijk te houden maar tegenstander Scholma wist wel raad met het positievoordeel: 11-1. Elena Altchoul had in de opening al nadeel tegen oud-wereldkampioen Harm Wiersma en werd vrij kansloos van het bord gezet. Bert Aalberts speelde een degelijke opening tegen Ivan Trofimov en had na een onnauwkeurigheid van zijn opponent de hele partij licht voordeel. Aalberts kon in het eindspel zijn plusschijf echter niet te gelde maken. Het derde en laatste punt voor Westerhaar werd behaald door Vadim Wirny, die tegen oude bekende Hans Jansen het wel probeerde maar niet tot winst wist te komen. Odin Mol moest verrassend het onderspit delven tegen Jacob Okken. Mol leek de bovenliggende partij maar in het middenspel keerden de kansen waarna Okken in het eindspel zijn opponent doldraaide. Een 17-3 nederlaag derhalve.