Op zaterdag 25 mei werden in Den Haag en Huissen de voorrondes van de KNDB-beker georganiseerd. Damclub Witte van Moort uit Westerhaar was ingedeeld in Huissen en zat in een poule met Heerenveen, MTB Hoogeveen en Zenderstad uit IJsselstein.
Een mooi begin, maar de volgende twee ploegen leken op
papier wat lastiger. In ronde twee stond het degelijke Heerenveen op de
rol. Hessing had wel overwicht in zijn
partij met Peter Veltman, maar wist dit in de score niet uit te drukken (1-1).
Vervolgens had Aalberts op bord 2 problemist Tjipke Smedinga tegenover zich.
Aalberts speelde aanvalsklassiek, waardoor hij in een dun standje een goede
winstkans kreeg. Hij miste deze winstkans en leek zelfs onder druk te komen,
maar het eindspel was vrij makkelijk remise (2-2). Mol leek Sjoerd Koopman aardig van het bord
te tikken, want hij stond in het late middenspel overweldigend. De Fries wist
echter op miraculeuze wijze aan verlies te ontsnappen (3-3). Tenslotte had
Herman Hilberink goed aanvalsspel gespeeld tegen Oscar Veltman, maar het 4x2
schijveneindspel was niet voldoende voor de winst (4-4)
Met drie uit twee kon het team zich geen fout veroorloven in de laatste ronde tegen Hoogeveen. Hilberink ging in de aanval tegen Zainal Palmans, leek goed te staan maar werd na de vlucht naar veld 15 snel combinatief verschalkt (0-2). Hessing zou toen tegen Alexander Slot moeten winnen, had daar ook gedurende de partij de beste papieren voor, hij kreeg het echter niet rond en mocht in de eindstand niet klagen met remise (1-3). Mol had een leuke partij tegen Jan van Loenen. Er kwam een onduidelijk eindspel op het bord, waarin Mol een dam had maar Van Loenen een aantal schijven meer, uiteindelijk verzandde dit in remise (2-4). Nu zou Aalberts moeten winnen voor een mogelijke plek in de laatste ronde. Tegen Bé Eggens wist hij echter vrij weinig te bereiken, en bood in een remise-eindspel een puntendeling aan, wat hij misschien beter had kunnen laten bewijzen (3-5). Witte van Moort uitgeschakeld en Heerenveen en Hoogeveen bekeren door.